Voordat Daniel geboren werd, leidde de familie Edelmann al een zwervend bestaan. Ze woonden in Amsterdam en in Antwerpen waar zijn twee oudste broers werden geboren. Daarna in Den Haag, Haarlem en weer in Antwerpen. Twee andere broers overleden als baby. Terug in Amsterdam werd weer een zoon geboren en vier jaar later zag de kleine Daniel het levenslicht. Tussendoor woonde het gezin weer een paar maanden in Antwerpen. Toen Daniel een paar maanden oud was vertrokken ze voor een halfjaar naar Duitsland. Terug in Amsterdam kwam er nog een zusje bij.
Tot zijn elfde jaar woonde Daniel in Amsterdam op twintig verschillende adressen, meest in de Pijp en de Jordaan. Zijn vader had verschillende losse beroepen: venter, kruier, koetsier en los werkman. Tussendoor was vader nog al eens een tijdje weg. Tegenwoordig zouden we de familie Edelmann een disfunctioneel gezin noemen. De vier jaar oudere broer van Daniel werd uit huis geplaatst en kwam in Gorssel in Overijssel terecht in de ‘Nederlandsche Mettray’, een protestantse instelling “voor verwaarloosde jongens met gedragsproblemen”. Daniel volgde een paar jaar later – elf jaar oud - en verbleef daar tot zijn achttiende. Z’n broer kreeg er een opleiding tot smid, Daniel werd timmerman.
Daniel keerde weer terug naar Amsterdam, vertrok naar Antwerpen kwam in 1925 weer in Amsterdam maar was in 1927 met de noorderzon vertrokken.
In deze periode werd hij door de Arrondissementsrechtbank van Den Haag tot een gevangenisstraf veroordeeld die hij wist te ontlopen door naar Frankrijk uit te wijken. De Haagse politie verzocht later om zijn uitlevering, maar dit werd door de Franse overheid afgewezen omdat de zaak in hun ogen verjaard was. Jaren later vertrok hij als vrijwilliger naar Spanje.
Na een barre voettocht door de winterse Pyreneeën komen 38 internationale vrijwilligers op 12 december 1937 aan in het Catalaanse bergdorp Massanet. Eén van hen is Daniel Edelmann.
Zes dagen later wordt hij samen met veertien Fransen en zes Belgen in het hoofdkwartier van de Internationale Brigades in Albacete ingedeeld bij de XIVde - Franstalige - Internationale Brigade.
Of Daniel begin 1938 nog aan gevechten heeft deelgenomen is niet bekend. Wel is bekend dat hij in het vroege voorjaar enige tijd in het “Hollandse” ziekenhuis van Villanueva de la Jara – zestig kilometer ten noorden van Albacete - was opgenomen. Daarna verbleef hij – honderden kilometers noordelijker - in een hospitaal in Catalonië. Of hij gewond was geraakt of vanwege een ziekte was opgenomen is weer niet bekend. Ook weten we niet of Daniel Edelmann nog heeft deelgenomen aan de laatste massale aanval van het Republikeinse Volksleger in de zomer van 1938: het Ebro-offensief.
In de latere beoordeling van Nederlandse vrijwilligers in Moskou door de Duitse stalinist Gustav Szinda kwam Daniel Edelmann er wel erg bekaaid van af:
“ ... Er war ein sehr schlechtes Element und höchst verdächtig, wurde der SIM zur Kontrolle übergeben. ... “
(Hij was een heel slecht element en zeer verdacht, werd aan de SIM voor controle overgedragen). De SIM (Servicio de Investigacion Militar) was de Spaanse republikeinse militaire inlichtingendienst. Hiervan bestond een aparte afdeling bij de Internationale Brigades.
Wat de gevolgen waren van bovenstaande is ook weer niet bekend.
Op 25 november 1938 staat Daniel Edelmann op een lijst van de Nederlandse zaakgelastigde Schlosser van 117 Nederlandse interbrigadisten die na het opheffen van de Internationale Brigades naar Nederland zullen worden gerepatrieerd. In twee aparte treinwagons vertrekken ze vanuit Catalonië naar Roosendaal waar ze op 5 december aankomen. Hen wordt hun Nederlandse nationaliteit afgenomen. Maar Willy Teerink en Daniel Edelmann ontspringen de dans. Willy Teerink moet net als Daniel in Nederland nog een gevangenisstraf uitzitten. In Brussel zijn ze er tussen uit geknepen. Willy Teerink komt enige tijd later toch nog de Nederlandse grens over en wordt opgepakt. Daniel keert zeer waarschijnlijk terug naar Parijs.
Bijna twee jaar later was hij toch weer in Nederland en werd gearresteerd. Mogelijk is hij vanwege de oorlogssituatie - beginnende augustus 1939 - toch uitgeleverd door de Franse overheid. Op 8 november 1940 werd hij door de Rijksveldwacht afgeleverd op het Amsterdamse politiebureau Linnaeusstraat, dit omdat er plaatsgebrek was in het Huis van Bewaring van Amsterdam.
In ieder geval stond Daniel Edelmann op 2 januari 1941 - afkomstig uit Parijs - weer in Amsterdam ingeschreven. Maar - elk nadeel heeft een voordeel - door al dit gedoe was hij zijn Nederlandse nationaliteit niet kwijtgeraakt. Waarschijnlijk was hij in 1942 werkloos want hij werd door het GAB (Gewestelijk Arbeidsbureau) - waarschijnlijk gedwongen – aangewezen om samen met 17 andere Amsterdamse bouwvakarbeiders via de “Nederlandse” bouwonderneming ‘Emil Ludwig’ voor de nazi-instelling ‘Organisation Todt’ naar Cherbourg te gaan. Daar zullen ze zonder twijfel hebben moeten werken aan de bouw van het Franse deel van de ‘Atlantik Wall’. Hij stond op de “Transportliste” niet alleen vermeld als ‘Zimmerer’(timmerman), maar - als enige - ook als ‘Dolmetscher’(tolk). Hoe lang hij voor de Duitse bezetter heeft moeten werken is niet meer na te gaan.
In 1943 was Daniel Edelmann getrouwd. Na de Tweede Wereldoorlog werkte hij weer als timmerman en woonde tot zijn dood - met zijn vrouw - in de Amsterdamse Pijp.
Aanvulling vanuit BVD-dossier:
Edelman wordt door de BVD in de gaten gehouden omdat hij lid was van de CPN en de EVC Metaal. Ook heeft hij een abonnement op De Waarheid en Uilenspiegel. In 1951 stelt hij zich kandidaat voor de Ondernemingsraad bij Werkspoor. Hij heeft geregeld contact met partijbestuurder Rinus Haks. De BVD is er blijkbaar nooit achter gekomen dat hij in de Spaanse Burgeroorlog in de Internationale Brigades heeft gevochten.
- IISG, Archief CPN
- Nationaal Archief, Den Haag, Nederlands Gezantschap te Frankrijk (Parijs), nummer toegang 2.05.102, inventarisnummer 1805
- Stadsarchief Amsterdam – Indexen
- Huygens Instituut – Resources
- Nationaal Archief: Ministerie van Binnenlandse Zaken, BVD archief (2.04.125), dossiernummer: 20055
- Archief Internationale Brigaden, Moskou,
- RGASPI F.545-Op.2-D.108-L.31
- RGASPI F.545-Op.6-D.35-L.219
- RGASPI F.545-Op.6-D.404-L.20