In de zomer van 1982 wordt Ben Apon geïnterviewd door de krant Het Vrije Volk. Het is de enige informatie die we hebben over het leven van Apon. Het merendeel gaat over zijn leven als stewart en zijn vele reizen over de wereld. Hij vertelt wel iets over zijn tijd in Spanje en de achtergrond van zijn besluit om daar naar toe te gaan:
Als jongeman was ik lid van de SDAP, de AJC, ik zat in wijkverenigingen. Ik was zo rood als ze maar gemaakt konden worden. We woonden op de s-Gravendijkwal boven het gebouw van de Nederlandse Schildersgezellenbond, waar ik werkte. We hadden in die tijd een knokploeg opgericht tegen de jongens van de NSB die met Volk en Vaderland liepen te venten. We sloegen hen die kranten uit de poten en dat gaf natuurlijk een geweldige heisa. Dat kwam zelfs in de Tweede Kamer, en die organisatie van ons moest opgeheven worden of anders zou er iets met de SDAP gebeuren. Individueel gingen we toch wel door natuurlijk. Die NSB-jongens liepen in zwarte overhemden en gingen jou dan met hun koppelriem te lijf. Ik kwam natuurlijk veel met linkse mensen in aanraking. Dan hoorde je wel: „Piet Is naar Spanje. Jan is naar Spanje". Die gingen tegen Franco vechten. Via het kantoortje van Henk Sneevliet in de Pieter Calandstraat kreeg ik een introductie voor de Internationale Brigade.
Ik kwam in Barcelona aan waar we in optocht naar de kazerne werden gebracht, toegejuicht en toegezongen door de bevolking. (...) Mijn vuurdoop was erg, ik kan niet anders zeggen. Waar dat precies gebeurde, weet ik niet. Langs de weg naar het front stonden sinaasappelbomen. Voor 't eerst in mijn leven zag ik de sinaasappels aan de bomen. Ik moest eens een boodschap brengen naar een onderdeel op een andere heuvel, en het klinkt ongelooflijk, maar ik werd door een vliegtuig achterna gezeten : op die heuvelrug. Ik rennen voor mijn leven, maar ik kreeg gelukkig alleen een kogel door mijn broekspijp.
Apon vertelt de verslaggever dat hij werd overgeplaatst naar Albacete, naar het "Rode Kruiskantoor" aldaar. Het is niet duidelijk of dat een vergissing is van de geïnterviewde of van de interviewer, in Albacete is in ieder geval nooit een kantoor van het Rode Kruis geweest. Er was wel een afdeling ( annex ziekenhuis) van de Socorro Rojo Internacional, de Internationale Rode Hulp, een organisatie die uitging van de Komintern, de Communistische Internationale.
Later werkte ik op het Rode- Kruiskantoor in Albacete, waar het hoofdkwartier van de Internationale Brigade zat. Albacete werd eens vreselijk gebombardeerd. Dat duurde vanaf half negen 's avonds tot half drie in de ochtend. Alles lag in puin. Als je aan een voet of een arm trok omdat je dacht iemand onder het puin vandaan te halen, bleek het een los lichaamsdeel te zijn.
De beschrijving van het bombardement door Apon doet sterk vermoeden dat dit het hevige bombardement van het Duitse Condor legioen van 19-2-1937 op Albacete is geweest. In het interview vertelt Apon niet wanneer hij naar Nederland terugkwam maar uit een document in het archief van de Internationale Brigade blijkt dat hij in juli 1937 toestemming krijgt om familieredenen naar Nederland terug te gaan.
- Het Vrije Volk, 06-07-1982; https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010961115:mpeg21:a0238
- IISG - Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis, Collectie Komintern - CPH/CPN , rol 45
- Archief Internationale Brigaden, Moskou, RGASPI F.545-Op.6-D.403-L.14