PISTORIUS, Wilhelmus Theodorus Jacobus

Wilhelmus Theodorus Jacobus
Pistorius
Geboren:
Simpelveld
5 januari 1907
Levensbeschrijving: 

Als Wilhelm Pistorius op 7 oktober 1943 aankomt in Engeland om zich te melden bij de Nederlandse strijdkrachten daar heeft hij al een avontuurlijk leven achter de rug. Hij is in Spanje geweest en heeft daarna gediend in het Franse vreemdelingenlegioen. In Engeland wordt hij gehoord over zijn verleden maar verzwijgt dat hij in Spanje heeft gevochten voor de Republiek. Wel komen we iets te weten over zijn jeugd.

Op 14-jarige leeftijd is hij gaan werken in de Limburgse mijnen, tot hij als  twintigjarige wordt opgeroepen voor militaire dienst. Daarna werkt hij nog vier jaar in de mijnen, vervolgens bij het spoor en in 1934 wordt hij ontslagen en blijft werkloos. Die werkloosheid kan zeker een rol hebben gespeeld bij zijn besluit om naar Spanje te gaan.

Volgens gegevens uit het Archivo Militar te Madrid heeft Pistorius bij de XVde Brigade gediend en is hij in augustus '37 gewond geraakt. Hoelang hij in het ziekenhuis heeft gelegen is niet duidelijk maar eind 1937, begin 1938 moet hij het besluit hebben genomen om uit Spanje te deserteren.

Op 22 januari 1938 bericht de Nederlandse consul te Marseille aan zijn ambtgenoot te Parijs  dat zich twee dagen eerder drie Spanjestrijders bij hem hebben gemeld: Cornelis Dekker, Antonie Hendrik Duitemeijer en Wilhelm Pistorius. Ze verklaren uit Spanje gevlucht te zijn

als verstekelingen op een Engelsch schip, dat hen te Oran ontscheepte, van waar zij door den Vice-Consul der Nederlanden naar Marseille werden gezonden.Aangezien zij verklaarden geheel vrijwillig naar Spanje gegaan te zijn zijn om hunne communistische geloofsgenooten te helpen en dat zij inderdaad een jaar in het Spaansche leger gevochten hebben, heb ik hun alle geldelijke ondersteuning geweigerd.

Dekker krijgt financiële steun van zijn familie en vertrekt maar "het verzoek van Duitemeijer aan zijne familie is echter onbeantwoord gebleven. Hij en Pistorius moeten hedenmorgen om 6 uur te voet op pad gegaan zijn om te trachten op die wijze Nederland te bereiken. Ik vrees echter dat zij, voordat zij veel verder zijn, door de gendarmen aangehouden zullen worden wegens landlooperij. Zij zullen dan waarschijnlijk veroordeeld worden tot 8 dagen gevangenisstraf en daarna door de overheid ter beschikking van den Nederlandschen consul gesteld worden, die niets voor hen kan doen. Ik geef U hiervan kennis voor het geval, dat het U nuttig mocht voorkomen deze menschen aan de Nederlandsche Regeering te signaleeren."

Twee maanden later, in april '38 stuurt dezelfde consul nog een noodkreet aan "Zijne Excellentie, den Gezant der Nederlanden te Parijs":

De wending die de gebeurtenissen in Spanje nemen doet mij vreezen, dat ik binnenkort een belangrijk aantal Nederlanders op mijn consulaat zal zien, die mijn hulp zullen inroepen. In principe mag ik die lieden geen onderstand geven maar als ik hun de deur wijs voorzie ik groote moeilijkheden. Zij zullen natuurlijk hier aankomen geheel berooid en zonder eenige hoop zich hier te kunnen redden of op eigen gelegenheid naar Nederland  weder te keeren en ik riskeer hier eene kolonie van Nederlandsche vagebonden te krijgen, die het mij voortdurend lastig zullen maken.

17 maart 1938 meldt de consul in Parijs aan Buitenlandse Zaken in Den Haag dat Duitemeijer en Pistorius inderdaad te Parijs zijn aangekomen. Duitemeijer is onderweg ziek geworden en is enige weken verpleegd geweest in een ziekenhuis te Lyon. Over Pistorius staan er geen nadere bijzonderheden in het bericht maar als ze samen aangekomen zijn, mogen we er van uitgaan dat Pistorius in de buurt van zijn kameraad is gebleven. Duitemeijer gaat terug naar Nederland maar of Pistorius dat ook doet, is niet duidelijk.

Frans Janssen - die onderzoek doet naar Nederlanders in het Franse vreemdelingenlegioen - ontdekte dat hij zich in augustus 1938 in Lille meldt om daar dienst te nemen in het Franse vreemdelingenlegioen. Janssen schrijft:

Zoals gebruikelijk gaat het vanuit Marseille naar Sidi Bel Abbes, Algerije en van daaruit naar Saida waar  zijn basisopleiding plaats vindt. 
Van zijn verdere loopbaan in het Legioen is op dit moment weinig bekend, behalve dat hij na een stationering in Senegal (4e D.B.L.E.) waarschijnlijk op 23 Maart 1943 vertrekt  naar Tunesië en daar deelneemt aan de gevechten tegen de Italiaanse en Duitse troepen.  De strijd is kort  maar hevig, op 12 mei 1943 geven de Duitsers en Italianen zich in Tunesië over.

Op 19 augustus 1943 zitten de vijf jaren Vreemdelingenlegioen er voor Pistorius op.

Willem Pistorius komt in contact met de Nederlandse Kapitein Versteegh en tekent als vrijwilliger bij de Nederlandse strijdkrachten in Engeland. Hij blijft in Algiers in depot tot zijn verscheping naar het Verenigd Koninkrijk. Op 7 oktober 1943 arriveert hij in Engeland.

Iets over zijn leven daarna wordt duidelijk uit een bericht in De Telegraaf van 5 juni 1952."Wachtmeester deserteerde naar Vreemdelingenlegioen" luidt de kop.

De krijgsraad te velde-West veroordeelde Woensdag de 45-jarige wachtmeester W. Th. J. P. uit Amersfoort tot 8 maanden gevangenisstraf met aftrek en verlaging tot de stand van soldaat laagste klasse. De eis was een jaar met ontslag uit de militaire dienst. 
Wachtmeester P. is het type van een vechtjas. 
In 1936 vocht hij in Spanje tegen Franco. Toen de kruitdamp over het Iberische schiereiland optrok, meldde hij zich bij het Vreemdelingenlegioen en met legionnairs streed hij in Afrika tegen Rommel en maakte hij de invasie op Sicilië mee. 
In 1943 kwam hij in Engeland, waar hij werd opgenomen in de Irene-brigade. 
Hij nam deel aan de invasie en kwam al vechtende in Nederland terecht. 
Na de capitulatie boden zijn superieuren hem aan in het leger te blijven en beroepsofficier te worden. 
Hij ging nog naar Indonesië en ook daar was hij een uitstekend militair. 
Als instructeur in een vredesleger faalde hij echter volkomen en in de herfst van 1951 gaf men hem te verstaan, dat hij de dienst zou moeten verlaten. 
Niet wetende wat hij in de burgermaatschappij zou moeten beginnen, besloot P. weer naar het Vreemdelingenlegioen te gaan.
Hij vertrok zonder op zijn ontslag te wachten met medeneming van ruim ƒ 800, welk bedrag hij had verkregen door twee voor anderen bestemde cheques te innen. 
Het legioen wilde hem echter niet meer hebben en ten einde raad heeft hij zich toen in Maart 1952 bij de marechaussee gemeld.

Verdere gegevens over het leven van Pistorius ontbreken.

Bronnen: 
Auteur: 
Frans Janssen, Yvonne Scholten
Laatst gewijzigd: 
22-09-2016
Overige gegevens
Sekse: 
man
Datum vertrek Nederland/aankomst Spanje: 
09-12-1936
Gewond: 
ja
Nederlanderschap afgenomen: 
ja
Nederlanderschap teruggegeven: 
1944
Vader: 
Herman Johannes Jacobus Pistorius
Beroep vader: 
Arbeider
Moeder: 
Maria Sophia Kohnen