SCHURING, Gerrit

Gerrit
Schuring
Geboren:
Meppel
15 augustus 1894
Levensbeschrijving: 

Schuring was een metaalbewerker die in de loop van de jaren dertig werkloos raakte. Als lid van de OSP‑Amsterdam ging hij na de fusie met de RSP mee naar de RSAP, om kort daarna al weer voor de partij te bedanken. In 1937 stond hij bij de CID bekend als ‘beijveraar voor de IVe Internationale’. Schuring deelde met Theo Wiering een woning in de Jan van der Heijdenstraat, op de Westlandgracht en in Amsterdam‑Zuid.

Schuring zou in november 1936 naar Spanje zijn gegaan. Samen met Wiering meldde hij zich aan voor Spanje naar aanleiding van een oproep in Het Volk van het Comité ‘Hulp aan Spanje’, waarin verplegers en geschoolde hulpkrachten werden gevraagd. Na enige tijd administratieve werkzaamheden voor het Comité te hebben verricht waren ze mede dankzij een aanbevelingsschrijven van het Comité en met financiële hulp van vrienden in de gelegenheid per vrachtwagen naar Parijs te reizen. Daar meldden ze zich bij het Comité de Coordination et d’Information pour l’Aide à l’Espagne républicaine. Dit comité verwees hen door naar een andere organisatie, het Comité de Defensa del pueblo Espanol.

Na enkele dagen vertrokken ze met enkele tientallen lotgenoten per trein naar Perpignan. Daar werden ze geïsoleerd, zowel van de buitenwereld als van elkaar. Er werd een eerste poging gedaan iets aan de fysieke conditie van de vrijwilligers te doen, maar er heerste verder geen discipline: er werd vreselijk veel gedronken. Schuring en Wiering wisten dat er iets niet deugde, maar konden er vooralsnog niet de vinger op leggen. In Fort Figueras werd het hen duidelijk, ze stonden onder controle van de communisten.

Per trein via Barcelona en Valencia ging de reis naar Albacete. Hier kregen ze onder protest militaire uniformen aangemeten: daar waren ze niet voor gekomen. Na de allerlichtste militaire training ging de reis naar Tarazona. De twee bleven protesteren en zagen hun kans schoon toen er om verplegers werd gevraagd. Wiering werkte een tijdje in een keuken. Na enkele dagen vertrokken ze met een groep per trein naar Aranjuez, van daar per bus naar gebouw Pablo Iglesias in Madrid. De ene helft van de groep vertrok naar het bataljon Edgar André, de andere helft ging naar het bataljon Thälmann. Wiering was ondertussen ook tot verpleger bevorderd.

Onder het voorwendsel dat ze voor oefeningen naar Fuencarral zouden reizen, bleken ze opeens op weg te zijn naar het front. Ze hadden zelfs nog geen wapens. Het enige waar Schuring en Wiering over beschikten was een kleine hoeveelheid verband. Op een groep van 80 man waren zij de enige ‘verplegers’. Kort daarop kregen zij hun vuurdoop en moesten vijf zwaargewonden van noodverband voorzien en over open terrein wegvoeren. Na een week waarin ze drie zware aanvallen voor hun kiezen kregen werden ze afgelost. Met hun permanente ontkenning dat ze communisten waren maakten Schuring en Wiering het zichzelf niet makkelijker. Ze vroegen en kregen overplaatsing naar het bataljon Edgar André. Terug in Madrid kregen ze van een landgenoot bij de Internationale Brigade het adres van de Volk-journalist Gerzon Kreveld, die hen eind 1936 met het Nederlands Gezantschap in contact bracht. Schuring en Wiering stelden zich onder bescherming van de Nederlandse consul.

Bronnen: 
  • IISG, CPN-Archief, nr 1724 (= fiche 404);
  • IISG, Digitaal Archief Bart de Cort;
  • CID_1380.pdf: Dossier enh. 30 januari 1937 nr 584 Geheim;
  • CID nr 1513 Geheim;
  • CID enh. 8 maart 1937, nr 1409 Geheim (bijlage);
  • CID 2574.pdf
  • Archief Internationale Brigaden, Moskou, RGASPI F.545-Op.6-D.404-L.75
Auteur: 
Bart de Cort
Laatst gewijzigd: 
27-11-2015
Overige gegevens
Sekse: 
man
Beroep: 
Metaalbewerker
Overtuiging: 
OSP
Adres: 
Weismullerstraat 48
Woonplaats: 
Amsterdam
Datum vertrek Nederland/aankomst Spanje: 
10-11-1936
Datum terugkeer: 
31-12-1936
Vader: 
Hendrik Schuring
Beroep vader: 
Schippersknecht
Moeder: 
Aaltje Brouwer
Beroep moeder: 
Dienstmeid
Partner: 
Willemine van der Velde
Kinderen: 
3 kinderen