BRONDGEEST, Willem Johannes

Willem Johannes
Brondgeest
Geboren:
Amsterdam
12 augustus 1907
Levensbeschrijving: 

Nooit had Willem Brondgeest de bedoeling gehad om in vreemde krijgsdienst te treden, verzekerde hij in 1937, net terug uit Spanje, tegenover een journalist van Dagblad De Telegraaf. Hij was alleen op zoek geweest naar werk om zijn jonge gezin te onderhouden en hem was wijs gemaakt dat hij dat in Spanje zeker zou vinden. Zijn avontuur bij de Internationale Brigades duurde slechts twee dagen.

Toen Willem Brondgeest in juni 1937 op de trein naar Spanje stapte, was hij 29 jaar oud en had hij een gezin met vier jonge kinderen te onderhouden. Een jaar eerder was de geboren en getogen Amsterdammer naar Zaandam verhuisd. Hij was opgeleid als chauffeur/monteur, maar heette in het Zaandamse adresboek van 1937 ‘voddenkoopman’ en zat zonder werk. 

Een paar Zaanse communisten hielpen hem om naar Spanje te reizen, vertelde hij toen hij na afloop van zijn avontuur door de politie werd verhoord. Hij had gehoord dat er in Spanje werk te vinden was en dat hij daarvoor bij ‘het Communistisch Bureau’ aan de Zuiddijk 9 in Zaandam moest zijn. Daar had hij verteld dat hij had gehoord dat je naar Spanje kon worden uitgezonden om ‘burgerwerk’ te verrichten. 

Een paar uur later was de Zaandamse CPN’er Christoffel Makkinga (geb. 31 dec 1910 te Zaandam) naar hem toegekomen. Die had hem verteld hem dat hij op 17 juni kon vertrekken. Later had hij van hem 1,50 gekregen om op het stadhuis een bewijs van Nederlanderschap te kopen. 

De Zaanse communisten, die ook werden verhoord door de politie, ontkenden stellig. Martinus Pieter Siffels (Koog 15 april 1891) van de ‘Marxistische School’ (een zaal bij hem aan huis, waar partijcursussen werden gegeven) zei weliswaar de Spaanse strijd te steunen, maar ontkende ooit iemand naar Spanje te helpen. Christoffel Makkinga zei hetzelfde. Hij vertelde dat hij van Brondgeest had gehoord dat die naar Spanje wilde gaan, ’niet uit principe maar om er mogelijk beter van te worden’. Hij had voor Brondgeest bij kennissen een paar gulden gevraagd voor diens vrouw en kinderen. En na zijn vertrek had Makkinga’s broer ondersteuning voor het gezin geregeld.

Op 17 juni om zes uur ’s avonds stond Willem Brondgeest volgens afspraak klaar op de brug aan de Provincialeweg. In een auto werd hij naar station Haarlem gebracht, samen met Cornelis van Splunteren (Oostzaan, geb. 1896) en Jan Schaap uit Den Ilp (1916-1936). Daar voegde de Haarlemmer G.S. Bruining zich bij hen. Het viertal kreeg ter plekke reisgeld van de Haarlemse CPN’er Cornelis van Soolingen, een man die veel mensen naar Spanje hielp, en stapte op de trein. Ook dit staat allemaal in het politieverhoor. Tegenover de Telegraaf vertelde Brondgeest dat hij vol goede moed op reis ging: er was hem verteld dat hij vier, vijf gulden per dag kon verdienen en elke drie maanden terug naar huis mocht voor vakantie.

Zijn echtgenote wist mogelijk van niets. ‘In de woning van Brondgeest vinden we de vrouw huilend in een kamer met haar vier kleine kinderen’, schreef De Telegraaf korte tijd na zijn vertrek, in een artikel over ‘ronselpraktijken’ in Zaandam. ‘Niets heeft haar man gezegd. Al vier jaar was hij werkloos en leefde met zijn groote gezin van de steun. Op een middag, kort geleden, trok hij zijn beste kleren aan. Hij zeide, om vier uur bij iemand te moeten zijn, ging uit en bleef weg. Waarheen? De vrouw had geen enkel vermoeden. Aan politiek deed hij niet en over den oorlog in Spanje sprak hij nooit.’Het kan zijn dat Brondgeests vrouw meer wist dan ze vertelde. Achterblijvende familieleden ontkenden wel vaker van iets te weten, om bijvoorbeeld de steunuitkering niet in gevaar te brengen.

Vanaf het verzamelpunt van de Franse communistische partij aan de Avenue Mathurin Moreau in Parijs werden de Nederlanders via trein en bus naar Zuid-Frankrijk gebracht, naar ‘een soort militaire kazerne’ in Perpignan. Vandaar ging het naar Spanje, waar ze op 22 juni arriveerden na een tocht door de bergen. ’’s Nachts te twee uur vertrokken we uit Perpignan. Na twee uur rijden stopte de autobus. Te voet gingen we verder: een half uur door een bosch. Het begon te dagen toen we eruit kwamen. In een dal hebben we geslapen: we bivakkeerden dan tot den volgenden dag 9 uur ’s avonds. Toen begon de klimpartij: 2000 M. hoog, over de Pyreneeën. Acht uur lang, zonder te rusten. Aan een klein onaanzienlijk grensstationnetje, met één grenswacht, kregen we koffie’’, aldus Brondgeest in De Telegraaf.

Twee dagen later was zijn avontuur bij de Brigades alweer afgelopen. Terwijl hij in Valencia was, op weg naar het front, ontmoette hij een man – ‘een Franschman die reeds aan het front der Spanjaarden – aan de zijde der regeeringstroepen – had gestreden’, die hem waarschuwde dat er helemaal geen burgerwerk voor hem was en dat hij naar het front zou worden gestuurd. De man raadde hem aan hulp te vragen bij de Nederlandse consul in Valencia. Brondgeest kon de man verstaan – hij sprak Frans, vertelde hij eerder tijdens zijn politieverhoor -  volgde zijn raad op en ging naar de consul, samen met G. S. Bruining die ook voor werk naar Spanje was gekomen.

Hij vertelde de consul een opvallend verhaal, zo blijkt uit diens rapportage aan de Minister van Buitenlandse Zaken: ‘Volgens hun verhaal dat mij tamelijk geloofwaardig voorkwam, hebben beiden zich op aanraden van 'vrienden' omstreeks 20 juni j.j. naar Perpignan begeven, teneinde ergens in het Zuiden van Frankrijk te werk te worden gesteld, tegen hooge loonen, bij 'het bouwen van een geheime radiozender'. ’’Ook kreeg hij te horen dat ze tijdens de voettocht over de Pyreneeën ‘op hun weigering om verder te gaan, met een revolver werden bedreigd.’ De consul vond het zo’n opmerkelijk verhaal dat hij het speciaal onder de aandacht bracht bij de minister van Buitenlandse Zaken.

Brondgeest herhaalde deze beweringen later niet, en Bruining verklaarde later tegenover de Nederlandse politie dat hij ze helemaal voor rekening van Brondgeest liet. Over Brondgeest liet hij ook nog weten dat die wel degelijk van plan was geweest om te gaan vechten, maar dat hij daar op was teruggekomen nadat hij verhalen had gehoord over de strijd aan het front.

De consul gaf de twee een laissez-passer. Na enige moeilijkheden – twee keer werden ze in de trein van Valencia naar Barcelona gearresteerd als deserteurs, twee keer moest de consul hen weer vrijpraten – werden ze in Barcelona op een schip naar Marseille gezet, waarna ze weer de trein naar Parijs namen. Op 29 juli, zes weken na zijn vertrek, kwam Brondgeest weer aan in Zaandam. Meteen daarop deed hij zijn verhaal tegenover de Telegraaf, die het op 1 augustus publiceerde onder de kop ‘‘Naar Spanje gelokt en uit Spanje ontsnapt. Zaandamsche huisvader doet een triest verhaal.’

Een week later werd hij door de politie verhoord. Hij klaagde dat hij van de regen in de drup was geraakt. ‘Nu moet ik met mijn gezin rondkomen van f8,75 per week. Ik heb om meer steun gevraagd. Men heeft mij aan het steunbureau medegedeeld, dat ik voorloopig niet meer steun kreeg, omdat afgewacht moet worden of ik nog wel Nederlander ben’, zei hij, en:  ‘Ik ben door de moeilijkheden en het slechte eten in Spanje in erge mate zenuwziek geworden’. Hij verklaarde dat hij zich ernstig misleid voelde door de mensen die hem naar Spanje hielpen.

De officier van justitie in Haarlem concludeerde op 1 september dat Brondgeest vermoedelijk wel degelijk wist dat hij in Spanje bij de regeringstroepen zouden worden ingelijfd, maar dat strafvervolging weinig kans van slagen had, omdat de Zaandammer zo stellig vasthield aan zijn verhaal dat hij alleen voor ‘burgerwerk’ naar Spanje was gegaan.

Over de rest van het leven van Willem Brondgeest is niets bekend. Hij overleed in Münster (Duitsland) op 18 maart 1972.

Bronnen: 
  • Telegraaf 1 augustus 1937    
  • http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:110577505:mpeg21:a0309
  • Nationaal Archief 2.09.22, Ministerie van Justitie, 1914-1940 (Geheim Archief), inventarisnr 16805
  • Archief Internationale Brigaden, Moskou, RGASPI F.545-Op.6-D.35-L.25
  • Pim Ligtvoet en Willemien Schenkeveld, De Zaanse Spanjestrijders. Wormer 2019
Auteur: 
Willemien Schenkeveld
Laatst gewijzigd: 
31-10-2019
Overige gegevens
Sekse: 
man
Beroep: 
Chauffeur, Monteur
Adres: 
Kalverstraat 48
Woonplaats: 
Zaandam
Datum vertrek Nederland/aankomst Spanje: 
17-06-1937
Nederlanderschap afgenomen: 
ja
Vader: 
Willem Johannes Brondgeest
Beroep vader: 
Automonteur
Moeder: 
Maria Elisabeth Reusch
Datum getrouwd: 
13-08-1930
Partner: 
Dirkje Vreeling
Kinderen: 
4