DOEDEE, Josephus Maria

Josephus Maria
Doedee
Geboren:
Tilburg
30 maart 1917
Overleden:
concentratiekamp Dachau
1 september 1942
Levensbeschrijving: 

Sjef Doedee wordt geboren uit het in 1903 gesloten huwelijk van “zuivelbewerker” Wilhelmus Martinus Doedee (Vorstenbosch-Nistelrode, 1877-1968) en Anna Cornelia van Ierland (Tilburg, 1880-1926). In dit gezin worden tussen 1905 en 1923 tien kinderen geboren: acht zonen en twee dochters. Josephus Maria is het achtste kind en de zesde zoon. Zijn ouders wonen in 1936 op het adres Superior de Beerstraat 18. Net als zovelen gaat Sjef werken in de Tilburgse textielindustrie. In het bevolkingsregister staat bij een oudere broer aangetekend dat hij vermoedelijk in Spaanse krijgsdienst zou zijn getreden. Hier lijkt echter van een vergissing sprake of zouden er daadwerkelijk twee zonen van het echtpaar Doedee naar Spanje zijn gegaan?

Op 12 mei 1938 laat de Nederlandse consul in Parijs aan de minister van Buitenlandse Zaken in Den Haag weten dat een paar dagen daarvoor twee landgenoten een verklaring bij hem hebben afgelegd. Sjef Doedee verklaart dat hij in april met twee anderen van Albacete naar Barcelona is gevlucht. Vervolgens bereikte hij, zich schuil houdend in een goederentrein, de grensplaats Portbou. Te voet door de Pyreneeën weten de mannen daarna op Frans grondgebied te komen. Doedee had voor zijn vertrek uit Tilburg, in oktober 1937, van stadgenoot Janus van Esch gehoord dat hij zich in Parijs kon melden bij het aanwervingsbureau van de Internationale Brigade. Samen met Jacobus Verboven, ook uit Tilburg, was hij  naar de Franse hoofdstad vertrokken “op eigen initiatief en met eigen middelen” zoals de consul verklaart – die formulering betekende dat de consul wel had geprobeerd te achterhalen of Doedee hulp en geld had gekregen voor zijn reis naar Spanje maar dat hij die informatie niet van hem had gekregen.  

Sjef Doedee komt begin november 1937 in Albacete aan waar hij naar eigen zeggen weigert in militaire dienst te treden. Doedee verklaart dat hij te werk wordt gesteld in een timmermanswerkplaats in Madrigueras. Na enige tijd zou hij zijn overgeplaatst naar een “automobielwerkplaats” in Albacete. Doedee verklaart ook dat zijn vluchtpoging niet de eerste was. Begin 1938 werd hij echter al vluchtend in de Pyreneeën door militieleden staande gehouden. Hij komt terecht in een gevangenis in Figueras en vandaar wordt Sjef na een tijdje weer terug gebracht naar Albacete. Doedee herhaalt tegen de consul dat hij in Spanje nooit soldaat is geweest.  Gustav Szinda beweert het tegendeel over de “doorsnee soldaat” Doedee en meldt dat hij gedeserteerd is en in Figueras heeft vast gezeten.  

Na zijn geslaagde vluchtpoging krijgt Doedee van de prefect van het departement Pyrénées-Orientales een paspoort-“sanitaire” uitgereikt waar hij mee naar Marseille kan afreizen. Daar stuurt de consul hem door naar zijn ambtgenoot in Parijs. Omdat de Parijse consul niet zeker weet of Doedee in vreemde krijgsdienst is geweest, en dus zijn Nederlanderschap zou hebben verloren, rest er niets anders dan Doedee te repatriëren. Doedee krijgt een laisser-passer en 150 francs mee; 130 voor een treinticket naar Tilburg en 20 voor de noodzakelijke kosten van levensonderhoud tijdens de reis.

Natuurlijk blijkt Doedee uiteindelijk wel degelijk zijn Nederlandse nationaliteit te zijn kwijt geraakt.  Hetgeen ook blijkt uit een verklaring gedaan bij de Tilburgse gemeentepolitie op 21 december 1939. Daar verklaren Joseph Bruyelle en Lambert Smetsers dat zij met Doedee in het Spaanse republikeinse leger hebben gediend. Bij hun gezamenlijke vlucht zou Smetsers zijn gepakt terwijl Doedee wist te ontkomen. Volgens Smetsers en Bruyelle zou Doedee bij verstek wegens desertie tot 20 jaar dwangarbeid zijn veroordeeld.

Sjef Doedee gaat na zijn verblijf in Spanje weer in Tilburg wonen. Daar maakt hij deel uit van de groep van circa 45 communisten die na de Duitse inval besluit om een illegale krant uit te gaan geven. Nog voor het eerste nummer verschijnt, wordt een aantal groepsleden gearresteerd. Vrede-Vrijheid zal uiteindelijk, als een van de eerste in Nederland in zijn soort, verschijnen tussen november 1940 en augustus 1943. Daarna zal de krant opgaan in de landelijke De Waarheid. Het communistisch verzet wordt een gevoelige slag toegebracht als Doedee samen met enkele anderen, waaronder zijn oudste broer Frans (Franciscus Adrianus Wilhelmus), in de vroege ochtend van 25 juni 1941 wordt gearresteerd. De mannen worden naar de Gestapo-gevangenis aan de Wolvenhoek in ’s-Hertogenbosch gebracht.

Na enkele maanden worden enkele mannen vrijgelaten. Sjef Doedee wordt echter overgebracht naar kamp Schoorl. Daarna wordt hij op transport gesteld, via Amersfoort gaat hij naar Dachau. Op 1 augustus 1942 komt Doedee in Dachau aan. Een maand later wordt hij met hoge koorts de ziekenbarak binnengebracht. Hij heeft last van exsudatie en zijn toestand verslechtert snel. Nog diezelfde dag (1 september) zal hij aan borstvliesontsteking overlijden. Oud-Spanjestrijders Martinus Broers en Joseph Bruyelle ontspringen eerst nog de dans, maar later zullen ook zij worden gearresteerd en in een concentratiekamp om het leven komen. Op 10 september bereikt het overlijdensbericht de familie van Sjef in Tilburg.

In een rapport van de afdeling recherche van de Tilburgse gemeentepolitie uit september 1946 wordt gezegd dat er geen bewijs is dat Doedee, in tegenstelling tot zijn broer Frans, lid is geweest van de CPN. Merkwaardig genoeg zegt men dat het ook niet bekend is of Sjef in de oorlog bij het verzet betrokken is geweest. Maar dat dat wel degelijk voor hem en verschillende van zijn broers geldt mag duidelijk zijn. Ook zijn broer Toon (Antonius Josephus Maria) heeft namelijk aan Vrede-Vrijheid meegewerkt.

Bronnen: 
  • Regionaal Archief Tilburg
  • Nationaal Archief, 2.05.03, Ministerie van Buitenlandse Zaken, A-dossiers 1815-1940, A-197-bis Spanje, Hulp en Bijstand i.v.m. onlusten in Spanje, 1676
  • informatie van Eddy van der Pluijm, onderzoeker kamp Amersfoort
  • Archief Internationale Brigaden, Moskou, RGASPI F.545-Op.6-D.35-L.196
  • Archief Internationale Brigaden, Moskou, RGASPI F.545-Op.6-D.403-Ll.2,18-19,32
  • Archief Internationale Brigaden, Moskou, RGASPI F.545-Op.6-D.404-L.17
Auteur: 
Sander van Bladel
Laatst gewijzigd: 
14-11-2018
Overige gegevens
Sekse: 
man
Beroep: 
textielarbeider
Adres: 
Superior de Beerstr. 18
Woonplaats: 
Tilburg
Datum vertrek Nederland/aankomst Spanje: 
22-11-1937
Datum terugkeer: 
00-05-1938
Nederlanderschap afgenomen: 
ja
Vader: 
Wilhelmus Martinus Doedee
Beroep vader: 
zuivelbewerker
Moeder: 
Anna Cornelia van Ierland