Wat we van Willy Teerink in Spanje weten, komt voornamelijk uit de brochure “Nederlanders onder commando van Hollander Piet in Spanje”. Auteur Vanter (pseudoniem van Gerard van het Reve Sr) beschrijft de deelname van het Hollandse bataljon “De Zeven Provincieen” in de zomer van 1938 aan de slag bij de Ebro. Ondanks het dramatische verloop van die veldslag en het enorme verlies aan manschappen, is de toon van de brochure merendeels van een jaren-dertig- jongensboekenachtige opgewektheid. Journalistiek verantwoord is het werkje zeker niet, data en plekken worden nauwelijks genoemd en de namen zijn vaak verkeerd gespeld. Teerink blijkt hier Teerinh te heten maar het lijdt geen twijfel dat het om Wilhelm gaat.
In de avond hoort Piet plotseling een bekende stem. Maar dat is sergeant Teerinh! Die was vlak voor het Ebro-offensief naar de officiersschool gestuurd om te studeren. Dat, meende hij, was niet van hem te verlangen als zijn makkers de Ebro overstaken. Dus deserteerde hij … naar het front. ‘Ik ben van school weggelopen’, zegt hij tegen Piet ‘ik ben afgestudeerd.’‘ Dat zullen we later wel uitzoeken, hoe dat zit’, zegt Piet. Om te beginnen, kon hij hier het commando overnemen want Piet moest slapen. Hij is ook maar een mens. Tijdens het spreken valt Piet in slaap. De nieuwe commandant wordt hartelijk begroet Hij heeft van alles meegebracht, suikergoed, ja zelfs wat tabak! De wachtposten worden afgelost. Fluisterend vertelt de nieuwe wacht: ‘Teerinh is terug’. ‘Wie?’ ‘Die Tsjang-Kai Sjek – met die sik.’‘Ah, dat is goed.’ ‘No pasaran’. ‘Salud’.
Of Teerinks ‘desertie’ toch nog negatieve gevolgen heeft gehad, is de vraag. In een briefje van 10 november 1938 “an der Parteikom der Brigade" wordt gemeld dat besloten is om Teerink niet het lidmaatschap van de Spaanse Communistische Partij te verlenen. Hij zou geen enkele politieke interesse hebben getoond. Dat staat in schril contrast met wat Gustav twee jaar later in zijn verslag voor de Komintern schrijft. Volgens Gustav was hij een heel dappere en zeer gedisciplineerde strijder, hij was sergeant en het idee bestond om hem tot luitenant te bevorderen. Politiek was hij volgens Gustav juist heel actief “in het bijzonder in de strijd tegen slechte elementen” maar hij was ook ambitieus en niet zo kameraadschappelijk. Maar militair gezien was hij uitstekend en hij werd in Spanje als een uitstekende antifascist beschouwd.
In het interview met Spanjestrijder Willem de Jong -gemaakt voor het boek "De oorlog begon in Spanje"- heeft de Jong het over Willy Teeling:
Teeling uit Haarlem, die was luitenant in de Hollandse compagnie. Willy was een prima vent aan het front, daar zal ik niks van zeggen, hij maakte geen misbruik van zijn positie als officier, hij was trouwens de opvolger van Piet Laros toen die gewond raakte aan de Ebro.
Ook Teerink is gewond geraakt, een document uit de archieven van de Internationale Brigaden meldt dat hij in het militaire ziekenhuis in Mataro' ligt - maar er staat geen datum bij, noch informatie over zijn verwondingen. In een ander document uit hetzelfde archief wordt hij geroemd omdat hij ondanks zijn verwondingen naar het front terugging. Ook dit document is niet gedateerd.
De laatste berichten die we hebben over Wilhelm Teerink komen uit de Nationale Archieven. Teerink hoort bij het grote contingent dat december 1938 van de Spaans-Franse grens per trein naar Nederland terugreist. Maar onderweg in Brussel is Teerink stiekem uitgestapt. Hij moet het sterke vermoeden hebben gehad dat hij niet zonder problemen de grens over zou komen. In zijn dossier op het Nationaal Archief in Den Haag bevindt zich een handgeschreven briefje van de officier van justitie te Arnhem. Van 6 mei 1939, dus nadat Teerink toch naar Nederland was teruggegaan. Teerink zit dan in de strafgevangenis Breda. Er staat niet bij waarvoor hij is gearresteerd.
In 1954 doet het ministerie van Justitie onderzoek in verband met de aanvraag van Spanjestrijders voor hernaturalisatie. Over Teerink wordt bericht dat hij in 1934 een reis zou hebben gemaakt naar de Sovjet Unie en dat hij daar een maand of acht zou zijn gebleven. Hij zou verteld hebben dat hij daar gesprekken had gevoerd met functionarissen van de Komintern maar - meldt het rapport - “bij de waardering van deze uitlatingen verdient het aanbeveling rekening te houden met de omstandigheid dat TEERINK bekend staat als een fantast."
- Nederlanders onder commando van Hollander Piet, uitgave Pegasus, Amsterdam 1939
- Nationaal Archief, Den Haag, Ministerie van Buitenlandse Zaken: A-dossiers, nummer toegang 2.05.03, inventarisnummer 113
- Nationaal Archief, Den Haag, Ministerie van Justitie: Afdeling Politie, Bureaus Kabinet en Juridische Zaken, nummer toegang 2.09.107, inventarisnummer 478
- Archief Internationale Brigade, RGASPI F.545-Op.3-D.74-L.187
- Archief Internationale Brigade, RGASPI F.545-Op.3-D.87-L.45
- Archief Internationale Brigaden, Moskou, RGASPI F.545-Op.6-D.403-L.34
- Archief Internationale Brigaden, Moskou, RGASPI F.545-Op.6-D.404-L.81
- Archief Internationale Brigaden, Moskou, RGASPI F.545-Op.6-D.25-L.69