Henk Bouwman was de oudste zoon in een gezin met negen kinderen. In maart 1938 vertrok hij naar Spanje. Gustav meldt dat hij een bijzonder dapper soldaat was - een uitzonderlijk compliment. Hij blijft tot het einde in Spanje, d.w.z. tot het moment waarop de Internationale Brigaden worden ontbonden en een grote groep Nederlanders onder officiële begeleiding van de Nederlandse autoriteiten per trein terugkeert. In oktober/november 1938 zijn de gevechten voor de Nederlanders van de Internationale Brigaden afgelopen, ze zitten in afwachting van transport en waarschijnlijk in die periode ontstaat het idee om een "Heldenboek" en een "Eereboek" te schrijven. Het "Heldenboek" over de gesneuvelden, het "Eereboek" over de dappersten onder de dapperen. De boeken zijn voor zover bekend nooit gepubliceerd. In het archief van de Internationale Brigaden bevinden zich verschillende briefjes waarin de kameraden iets over elkaar vertellen. Wie de schrijver is van het briefje over Henk Bouwman is niet met zekerheid te zeggen omdat de tweede helft van het briefje ontbreekt maar het handschrift doet sterk denken aan dat van Klaas Plantinga. "Rustig en bedaard", zo wordt Bouwman omschreven. Als eerste bestormt hij de - niet verder omschreven - "berg die zo belangrijk voor ons was. Hij werd daar boven gewond doch vocht verder tot dat de vijand op de vlucht sloeg. Toen liet hij zich pas verbinden en ging naar achteren."
Na terugkeer in Nederland beginnen de problemen met de Nederlandse overheid. De rechter-commissaris van Den Haag meldt in een schrijven van juni 1939 aan de Minister van Buitenlandse Zaken:
"Bij dezen heb ik de eer Uwer Excellentie beleefd te verzoeken om bemiddeling in de navolgende aangelegenheid: Voor den Politierechter hier ter stede hebben terechtgestaan ter zake van overtreding van de Wet van 8 april 1937 Kon. Besluit van 11 Juni 1937 no 163 ( zonder verlof van de Kroon dienst nemen in Vreemden krijgsdienst) de navolgende Nederlanders: Th.J.Vogelesang, J.Wimmers, A.Kloostra, J.J.Scheffer, S.Z.Dormits, H.Bouwman en E.Ruivenkamp, welke zaak voor nader onderzoek werd verwezen naar ondergetekende. Door verdachten werd ter terechtzitting onder meer een beroep gedaan op mededelingen hun in de loop van het jaar 1938 gedaan door de Nederlandsche consulaire ambtenaren in Spanje. J.Th.de Wit, thans consul te Valencia en R.Schlosser, thans werkzaam aan het Duitsche Gezantschap te Madrid.
De mededeelingen, althans uitlatingen, van evengenoemde ambtenaren zouden volgens de verdachten geluid hebben in den geest, dat terugkeer naar Holland zonder moeilijkheden zou kunnen geschieden en dat aldaar geen strafmaatregelen zouden zijn te duchten.
Daargelaten dat straffeloosheid uit den aard der zaak niet kon worden toegezegd en ook niet toegezegd zal zijn, kan het naar de meening van ondergetekende met het oog op de strafmaat van belang zijn te weten, of een mededeeling dan wel uitlating in hooger genoemden geest is gedaan."
Over deze kwestie volgt een uitgebreide correspondentie waarbij over consul de Wit o.a. wordt vermeld dat hij wel eens de sociaaldemocratische beginselen zou kunnen zijn toegedaan. Het Volksdagblad, orgaan van de Communistische Partij Nederland, had in april 1939 al gemeld dat er " reactionaire plannen" bestonden om alle Spanjestrijders voor de rechter te slepen. In juni 1939 komt het blad uitgebreid terug op de Haagse zaak, onder de kop " Hun overtuiging. Wij dienden het belang van Nederland." Het artikel eindigt:
"Tenslotte is nog het woord aan Kam. D., die met verheffing van stem den rechter tegemoet werpt: Als onze strijd tegen de fascistische aanvallers had bereikt wat wij wilden, had thans de dreiging aan onze grenzen niet bestaan. De rechter: Dat laat ik voor Uw rekening. In ieder geval heeft U dus uit overtuiging gehandeld."
De zaak leidt uiteindelijk niet tot een veroordeling.
Over het verdere leven van Bouwman is niets bekend.
- http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010474552:mpeg21:a0096, Volksdagblad 25-04-1939
- http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010474582:mpeg21:a0010, Volksdagblad 02-06-1939
- Archief Internationale Brigaden, Moskou, RGASPI F.545-Op.3-D.87
- Archief Internationale Brigaden, Moskou, RGASPI F.545-Op.6-D.36-L.102
- Archief Internationale Brigaden, Moskou, RGASPI F.545-Op.6-D.404-L.12
- Nationaal Archief 2.09.45, Den Haag, Ministerie van Justitie: Rijksvreemdelingendienst (RVD) en Taakvoorgangers, nummer toegang 2.09.45, inventarisnummer -1569