Het einde:
In de nasleep van de Februaristaking van 1941 in Amsterdam werden meer dan honderd functionarissen van de CPN opgepakt en opgesloten in de SS-kampen Schoorl en Amersfoort. Cornelis Botterman werd op 5 maart gearresteerd en werd geïnterneerd in het PDL (Polizeiliches Durchgangslager) Amersfoort. Omdat de bezetter er achter was gekomen dat de CPN Koninginnedag 1941 (31 augustus) wilde aangrijpen om actie te voeren vond de chef van de SD in Amsterdam, SS-Sturmbannführer Lages, dat er een voorbeeld gesteld moest worden:
“…Ein schnelles Verfahren und abschreckendes Urteil dürfte angebracht sein, um die Bevölkerung, welche die Streiktage mit ihren Todesurteilen bereits wieder vergessen hat, zur Einsicht zu mahnen….”
(…Een snel optreden en afschrikwekkend vonnis mag gepast zijn om de bevolking, die de stakingsdagen – februari-staking 1941 – met zijn terdoodveroordelingen alweer vergeten is, tot inzicht te brengen…)
Op bevel van het hoofd van de SS en SD in Nederland, Obergruppenführer Rauter, moesten 100 CPN-ers naar de concentratiekampen Buchenwald en Sachsenhausen worden afgevoerd. Ook Cornelis Botterman stond op die lijst. Maar pas in februari 1942 werd hij - samen met drie andere oud-Spanjestrijders – op transport gesteld naar Buchenwald. Daar kwamen ze op 24 februari aan. Cornelis Botterman werd Häftling 808, Fedde Alberts 1409, Albert Baatsen 1519 en Ies van Bergen 2317. Fedde Alberts en Albert Baatsen overleefden Buchenwald. Ies van Bergen werd vermoord in Auschwitz.
De oud-Spanjestrijder Cornelis Botterman - pas 31 jaar oud – overleed al twee maanden later in Buchenwald. Officiële standaard doodsoorzaak: “Akute Herz-schwäche”
Cornelis Botterman werd geboren in Amsterdam en ging na de lagere school naar de ambachtsschool waar hij werd opgeleid tot machinebankwerker. Daarna was hij werkzaam bij de Artillerie Instellingen Hembrug in Zaandam. In 1930 werd hij goedgekeurd voor de militaire dienst en diende in 1931 in het 7de Regiment Infanterie te Harderwijk als mitrailleurschutter. In 1935 werd hij lid van de CPN. In 1937 vertrok Cornelis Botterman als vrijwilliger naar Spanje. Via een smokkelweg door de Pyreneeën kwam hij in juni aan in Setcases. Op 1 juli werd hij ingelijfd bij de Internationale Brigades en kwam bij het opleidingsbataljon in Albacete. Daarna werd hij ingedeeld in de 2de Compagnie van het bataljon Edgar André, XIde Internationale Brigade.
De XIdebrigade maakte deel uit van de 35ste Divisie onder generaal Walter, de schuilnaam voor de Poolse communist Karol Swierczewski. Op 24 augustus 1937 begon het republikeinse Aragonoffensief om de provinciehoofdstad Zaragoza te veroveren op de nationalisten. Als onderdeel van de voorgenomen omcirkeling van Zaragoza. werd de 35ste Divisie op 1 september ingezet bij de verovering van het 40 kilometer zuidelijker gelegen Belchite . Dit provinciestadje werd bestookt door de republikeinse artillerie en luchtmacht. Verschrikkelijke straatgevechten vonden plaats. Pas na een week was Belchite veroverd maar tevens veranderd in één grote puinhoop. Maar de nationalisten hadden hierdoor wel de tijd gekregen om troepen uit het noorden vrij te maken na de verovering van Santander en over te brengen naar Aragon waarna het republikeinse offensief vastliep.
In de maanden december 1937 en januari 1938 werd er hevig slag geleverd om de provinciehoofdstad Teruel. De 35ste Divisie werd in reserve gehouden en kwam pas in actie op het eind van de strijd om de oprukkende drie Galicische divisies van generaal Aranda tegen te houden bij de rivier de Alfambra. Vooral de XIde brigade was toen verwikkeld in hevige gevechten. Na 6 weken aan het front met zware verliezen werd de XIde brigade teruggetrokken.
Hoewel alle drie al een paar jaar lid van de CPN vonden de Nederlanders Willem Schaumbach, Theodor Hermens en Cornelis Botterman op 18 februari dat ze na Belchite en Teruel wel toe waren aan groot verlof. Aan lager wal geraakt zaten ze een week later vast in Figueras, 20 kilometer van de Franse grens. Daar gaven zij aan de lokale functionaris van de Internationale Brigades toe dat ze gedeserteerd waren omdat hen al drie keer beloofd was dat ze werk zouden krijgen in de metaalindustrie en dat dit ook de oorspronkelijke reden was dat ze naar Spanje waren gekomen. Maar ook:
“…Nach ihren eigenen Aussagen waren diese Kameraden im Besitze einer grossen Geldsumme die sie in Valencia und Barcelona verjubelt haben. Sie behaupten es handelte sich dabei um ihre Ersparnisse….”
(…Volgens hun eigen verklaring waren deze kameraden in het bezit van een groot geldbedrag dat ze in Valencia en Barcelona stuk gesmeten hebben. Ze beweerden dat het hun spaargeld was…) Daarna in Albacete aangekomen werden ze door de carabineros overgedragen aan kapitein Morenos, schuilnaam van de NKVD-officier Karel Hatjc, sous-chef van de SIM (Servicio de Investigacion Militar de las Brigades Internacionales). Cornelis Botterman zat een tijd vast in het kasteel van Chinchilla de Monte-Aragon, 10 kilometer zuidoost van Albacete. Dit middeleeuwse kasteel was als gevangenis in gebruik. Daarna werd hij ingedeeld bij een vestingbataljon. Vanwege goed gedrag en omdat hij verklaarde dat hij het zeer betreurde dat hij was gedeserteerd mocht hij in 1938 lid worden van de PCE (Partido Comunista de España). Cornelis Botterman heeft ook, weer opgenomen in de 35ste divisie, nog meegevochten in het Ebro-offensief, de laatste massale republikeinse aanval in het zuidwesten van Catalonië.
Oktober 1938 werden de Internationale Brigades ontbonden. Op een Laissez-Passer van de Nederlandse Legatie in Barcelona dd. 25 november 1938 ging een grote groep Nederlandse Spanjestrijders, waaronder Botterman weer naar huis. In Nederland aangekomen werd Cornelis Botterman op 8 december door de marechaussee aangehouden en drie dagen vastgezet omdat hij als dienstplichtige niet was opgekomen bij de proefmobilisatie van 9 september 1937. Ook kwam zijn Nederlanderschap te vervallen. Wel werd hij weer opgeroepen bij de mobilisatie van augustus 1939 en was Nederlands soldaat in de meidagen van 1940. Daarna werd Cornelis Botterman actief in het beginnende communistische verzet.
- Stadsarchief Amsterdam, Indexen
- Arolsen Archives – International Center on Nazi Persecution – Bad Arolsen, Duitsland
- Nationaal Archief 2.09.22, Ministerie van Justitie, 1914-1940 (Geheim Archief), inventarisnr 16805
- Nationaal Archief, Den Haag, Ministerie van Justitie: Archiefbescheiden betreffende Oud-Spanjestrijders, nummer toegang 2.09.99, inv. nr 21
- Antony Beevor, The Battle for Spain - 2006
- Niod, Amsterdam - 077 1107 / 1218
- Gegevens over Oud-Spanjestrijders in kamp Amersfoort, verstrekt door onderzoeker Eddy van der Pluijm
- Oorlogsgravenstichting – Opdat zij met eere mogen rusten
- Noord-Hollands Archief, nummer toegang 307, inv.nrs 160,161 - Parket van de Procureur-Generaal te Amsterdam 1930-1939
- Archief Internationale Brigaden, Moskou, RGASPI F.545- Op.3- L.249
- Archief Internationale Brigaden, Moskou, RGASPI F.545-Op.6-D.32-L.13
- Archief Internationale Brigaden, Moskou, RGASPI F.545-Op.6-D.35-Ll.30, 35
- Archief Internationale Brigaden, Moskou, RGASPI F.545-Op.6-D.403-Ll.2,16-17, 28, 32
- Archief Internationale Brigaden, Moskou, RGASPI F.545-Op.6-D.404-L.8