BLAUW, Ans

Antje
Blauw
Geboren:
Opdam
31 januari 1908
Overleden:
Haarlem
13 december 1973
Levensbeschrijving: 

Antje, ook wel Ans, Blauw wordt geboren op 31 januari 1908 in Obdam in het gezin van Aris Blauw en Grietje Toereppel. Antje had een broertje, Tijmen, die op 15-jarige leeftijd overlijdt. Ans is dan 26.

Op 22 april 1937 vertrekt Ans, als gediplomeerd verpleegster, met hulp van de commissie ‘Hulp aan Spanje’ samen met Jo Bovenkerk, Trudel de Vries, Jenny Timmerman-Schaddelee, Noor Diamant, Maatje Huizinga en Simon D’Ancona met de trein van 16.20 van station Den Haag Holland Spoor naar Parijs. Daar voegt de groep zich bij twaalf Amerikanen en veertien Tsjechen en vervolgt de reis naar Spanje.

In Spanje komt de groep in eerste instantie aan in Albacete, waar de zogenaamde keuring plaats vindt (hier werd gekeken of men de juiste intenties had). Van daaruit vertrekt de groep naar het hospitaal in Onteniente, 80 kilometer bij Valencia vandaan, waar ze midden in de nacht aankomen. Het hospitaal, dat ruimte biedt voor honderden bedden, bevindt zich in een verlaten klooster, en moet nog ingericht worden. Wanneer de groep aankomt zijn er dan ook nog geen patiënten. Wel zijn er al een aantal artsen uit Italië en een stuk of dertig Pools-Joodse meisjes met een EHBO-opleiding. De verpleegsters worden ondergebracht in een apart zusterhuis, dat schitterend geweest moet zijn. Met hulp van de bevolking wordt het hospitaal in orde gemaakt en al snel arriveren de eerste transporten. Zeker in het begin is dit heel zwaar, met name vanwege taalproblemen. Wanneer er in Onteniente voldoende capabele verpleegsters zijn, worden de meeste Nederlandse verpleegsters overgeplaatst naar andere hospitalen.

Zo vertrekt Ans op 10 oktober 1937 naar het Hollandse hospitaal in Villaneuva de la Jara, een plaatsje met 2400 inwoners, 50 km ten noorden van Albacete. Het grootste landhuis van het dorp wordt hier ingericht als hospitaal waarbij behalve de woonkamers ook de graanzolders worden omgebouwd tot ziekenzalen. Een naburig klooster doet dienst als zusterhuis. Hier werkt Ans tot 31 november 1937. Daarna vertrekt ze naar het hospitaal in Benicasim. In april van datzelfde jaar keert Ans, samen met Jenny Timmerman terug naar Nederland voor een periode van drie maanden. Hier doet ze verslag van de situatie in Spanje tijdens een bijeenkomst van de CPN. Na drie maanden keert ze terug naar Spanje om vervolgens nog een periode in het hospitaal van Moya te werken.

Ans vertelt in een brochure van de commissie ‘Hulp aan Spanje’ hoe ze, naast haar werk als verpleegster in deze hospitalen op haar vrije middagen vaak bij de zenuwpatiënten langsgaat, die, zoals ze zelf zegt, erg behoefte hebben aan kameraadschap. Soms gaan ze met z’n allen zwemmen en als Ans een pakketje uit Nederland heeft ontvangen met bijvoorbeeld thee, cacao of een blikje zalm, gaat dat mee. Dat is dan een waar feest.

Eén van de hospitalen waar Ans werkt wordt gebombardeerd. Ze vertelt hierover in dezelfde brochure. ‘De meeste zieken waren niet in staat om te lopen, hoewel het voor vluchten waarschijnlijk toch al te laat was.’ In een poging ze te beschermen halen Ans en haar collega’s de patiënten weg bij de ramen en bedekken ze met lakens en dekens tegen glasscherven. ‘Nooit vergeet ik het moment, dat een der muren spleet van boven tot onder, stukken kalk en scherven door de zaaltjes vlogen, alles trilde (…) O welk een woede laaide in me op toen de barbaren hun bommen uitstrooiden over deze weerloze zieken, zo ver achter het front!’

Ze vertelt eveneens in deze brochure hoe er een tekort aan alles is in de hospitalen, maar, zegt ze, ‘het ergste was toch de strijd om de magen gevuld te krijgen!’ Ondanks dat iedereen honger had, werd er op iedere 10 patiënten en op iedere 10 man personeel wat bonen en erwten afgestaan om de verhongerende kinderen in een nabijgelegen vluchtelingenhuis te voeden. ‘Hongerig waren wij allen, doch indien men bedenkt, dat er kinderen verhongeren, staan we daarvoor gaarne wat erwten en carabanzas (kikkererwten) af.’ Later richten zij zelf een tehuis voor kinderen in en via verschillende collecte-acties in Nederland kunnen uiteindelijk 100 kinderen uit de regio worden opgenomen. Ans vertelt ook dat in elk hospitaal, als alles geregeld is, een cultuurcommissie wordt benoemd die er o.a. voor zorgt dat er cursussen worden georganiseerd om de zieken, het lokale personeel en ook de kinderen in het dorp te leren lezen en schrijven.

Wanneer de Internationale Brigade zich terug moet trekken in oktober 1938, wordt ook het medisch personeel teruggeroepen. De Nederlandse ambassade bemiddelt in de terugkeer van enkele verpleegsters, waaronder Ans. Samen met Dinie Heroma, Jenny Schaddelee, Trudel van Reemst en Noor Diamant komt Ans, met een transport van 300 Engelsen bij Puigcerdà (in de provincie Girona) in december 1938, Frankrijk binnen.

Eenmaal terug in Nederland blijft ze zich inzetten voor de Spaanse Republiek. In maart 1939 richt zij, samen met Frederike van Dordrecht, Dr. L Facee Schaefffer en Dr. L.H. Levie een comité op dat steun verleent aan de in Zuid-Frankrijk geïnterneerde Spanjaarden en buitenlanders en zorgt onder meer voor de verzending van kleding, levensmiddelen en medicijnen.

Wanneer in mei 1940 de Duitsers Nederland bezetten, neemt Ans actief deel aan het verzet. Ondanks dat zij zelf niet joods was, voelde zij zich sterk met het Jodendom verbonden. Zij was actief in de ondergrondse beweging onder de schuilnaam Sigrid Hak-Koks, tot zij werd opgepakt en naar Auschwitz werd gedeporteerd. Na de oorlog keert Ans zowel lichamelijk als geestelijk gebroken terug uit het kamp.

Gedurende de rest van haar leven blijft zij zich inzetten voor haar idealen. Een groot deel van haar inkomen gaat naar Israël en zij neemt, ondanks haar slecht geworden gezondheid, zoveel mogelijk deel aan acties ten bate van Israël. In 22 maart 1956 verhuist zij naar Haifa, in Israël, waar zij tot 27 augustus 1957 blijft. Ze keert terug naar Amsterdam en overlijdt uiteindelijk, op 13 december 1973 in Haarlem.

 

In januari 2023 kreeg het Nationaal Archief de beschikking over enkele tienduizenden persoonsdossiers die waren opgesteld door de toenmalige Binnenlandse Veiligheidsdienst BVD. In het persoonsdossier van spanjestrijder Albert Potze duikt in een rapport van december 1955  de naam op van Antje Blauw. De BVD-informant meldt dat hij  Alida Hooijer goed kent. ( Alida van Gilse- Hooijer): 
Bij Hooijer komt regelmatig op bezoek Ans BLAUW , een verpleegster die als zodanig gewerkt heeft in het Spaanse Republikeinse Leger  ( bedoeld wordt de bekende Antje Blauw, geboren te Obdam 31 januari 1908) . Blauw heeft tijdens een gesprek met Hooijer, waar de bron bij aanwezig was, verteld, dat haar aangevraagde visum voor Israël was afgewezen en dat dit vermoedelijk door haar politieke inzichten kwam. Zij had nu opdracht van de Partij gekregen als lid te bedanken  en zich volledig terug te trekken uit het partij-werk. Zij mocht zich niet meer met partij-leden inlaten en moest zeer eenzaam gaan leven. Na enige maanden moest zij opnieuw proberen een visum voor Israël te verkrijgen. Het was van het grootste belang voor de partij, wanneer zij toegang tot Israël zou krijgen. Toen Blauw vertrokken was, vroeg de bron aan Hooijer wat de bedoeling was van de reis naar Israel door Blauw. Hooijer gaf daar op te kennen , dat Blauw regelmatig voor de partij op reis ging  naar het buitenland om daar opdrachten uit te voeren en contacten te onderhouden. Blauw was daarvoor al in West-Duitsland, België, Frankrijk en Italië geweest. 

Verder wordt vermeld dat zij van augustus 1936 tot februari 1937 inwoonde bij Louis van Gasteren. In 1940 was zij secretaresse van “ Links Richten, schrijversgroep, afdeling Den Haag” en:
Zij was lid van een communistische verzetsgroep tijdens de oorlog en was daarin zeer actief. Zou zelfs de opdracht hebben gekregen een zekere Fransen te liquideren. Zij had al voor de oorlog zeer goede relaties met mevrouw Potze. Ze kwam ook veel bij de familie van Gasteren. Zij heeft al voor de oorlog en waarschijnlijk in de oorlog een intieme relatie gehad met Louis van Gasteren. Kwam na de oorlog veel bij de Potze’s.

Bronnen: 
Auteur: 
Seran de Leede, aanvulling BVD dossier Yvonne Scholten
Laatst gewijzigd: 
04-01-2024
Overige gegevens
Sekse: 
vrouw
Overtuiging: 
Communist
Functie: 
Verpleegster
Adres: 
Nicolaas Beetsstraat 108
Woonplaats: 
Amsterdam
Datum vertrek Nederland/aankomst Spanje: 
22-04-1937
Vader: 
Aris Blauw
Beroep vader: 
Landman
Moeder: 
Grietje Toereppel