DEUTEKOM, Johannes

Johannes
Deutekom
Geboren:
Leiden
7 september 1918
Overleden:
Wolverhampton (Engeland)
11 april 1943
Levensbeschrijving: 

Deutekom is de oudste van acht kinderen. Voor zijn vertrek naar Spanje woont hij nog bij zijn ouders in Delft. Voor zijn vertrek naar Spanje heeft hij contact met Henk Fries die ook plannen heeft om zich aan te sluiten bij de Internationale Brigades in Spanje. Dit blijkt uit een politieverhoor dat Fries is afgenomen na zijn terugkomst uit Spanje. Hoe Fries en Deutekom elkaar kennen, wordt niet duidelijk. Fries verklaart in het verhoor dat hij Deutekom heeft afgeraden naar Spanje te gaan omdat “hij pas 17 jaar was” – Deutekom was op dat moment 19 jaar – “en bovendien dat zijn ouders het ook niet wilden hebben”. Fries had Deutekom geld geleend voor sigaretten, maar Deutekom verklaarde in Spanje dat hij dat voor de reis had gebruikt. Ze zijn begin februari 1938 afzonderlijk naar Spanje gereisd, maar daarna wel samen opgenomen in de Internationale Brigades in Albacete, waar ze een korte militaire opleiding kregen. In maart 1938 worden ze geschikt bevonden om aan het front te dienen. Fries werd dan ingedeeld bij het luchtafweergeschut en Deutekom mogelijk bij de compagnie De Zeven Provinciën.

Deutekom is bij het Ebro-offensief in handen gevallen van de Franco-troepen en in een krijgsgevangenkamp in Belchite terecht gekomen. Hier zaten al een aantal Nederlanders. Na enige omzwervingen langs andere kampen komen zij uiteindelijk terecht in het concentratiekamp in Miranda de Ebro. Hier zitten in totaal 24 Nederlandse Interbrigadisten in krijgsgevangenschap, naast een aantal andere Nederlanders die om andere redenen daar worden vastgehouden. Het leven in deze kampen is slecht; er is weinig voedsel, de hygiëne laten veel te wensen over en er is nauwelijks medische zorg.

Voor vrijlating in het kamp zijn de Nederlanders afhankelijk van de inzet en bemiddeling van de Nederlandse regering en haar diplomatieke vertegenwoordiging in Spanje. Het resultaat daarvan liet te wensen over. Een eerste groep van vier personen kan al in december 1939 vertrekken, maar vervolgens duurt het tot 1942 voor de volgende groep wordt vrijgelaten. De laatste Nederlandse Interbrigadisten komen pas in 1943 vrij.
Voor een deel had dit te maken met tegenwerking vanuit Spanje dat, na afloop van de burgeroorlog die zo sterk gekenmerkt werd door ideologische tegenstellingen, de buitenlandse “handlangers” van de “roden”, de “huurlingen die nonnen verkrachten en enkel op buit uit waren”, zoals ze in de rechtse pers werden afgeschilderd, eigenlijk niet ongestraft wilde laten gaan.
Aan de andere kant was er binnen de Nederlandse regering niet altijd evenveel enthousiasme om zich in te zetten voor de “ex-Nederlanders” en diplomatieke druk uit te oefenen ten gunste van hun vrijlating. Na het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog veranderde dit omdat de inzet van de Nederlandse Interbrigadisten in een ander daglicht kwam te staan en men positiever tegen hen aankeek. Het maakte de vrijlating er niet makkelijker op omdat Spanje toen door Duitsland onder druk werd gezet om krijgsgevangenen die zich na vrijlating mogelijk zouden kunnen aansluiten bij de geallieerde troepen tegen te houden.

Deutekom wordt met Jean Roselle, Johan Leusink, Adriaan van Mill, Julius Osterloh, Jan van Nelfen, Piet Seegers, Jacob Verboven en Sake Visser in juli 1942 vrijgelaten uit Miranda de Ebro. Deze groep vertrekt per boot vanuit Vigo naar Trinidad. Na 2 maanden gaan ze naar Curaçao, en vandaar naar Canada en Engeland. Daar worden ze opgenomen in de toen net opgerichte Prinses Irene Brigade die gelegerd was in Wolverhampton. Op 11 april 1943 pleegt hij hier zelfmoord. Hij schiet zich buiten het kamp door het hoofd met zijn eigen dienstpistool. Ex-interbrigadisten die met Deutekom in krijgsgevangenschap hebben gezeten, verklaren in het proces-verbaal dat naar aanleiding hiervan wordt opgesteld dat hij mogelijk in Spanje meer had geleden dan de anderen; hij had twee maal tyfus gehad en een zonnesteek opgelopen. Hij had regelmatig periodes dat hij “malende” was. Mogelijk lag hier de oorzaak voor de zelfmoord.

Deutekom komt voor op de “erelijst gesneuvelden” op de website van de Prinses Irene Brigade. Hier zijn ook foto’s te vinden van zijn begrafenis met militaire eer. 

Bronnen: 
  • Nationaal Archief 2.09.06, Ministerie van Justitie, 1914-1940 (Geheim Archief), inventarisnr 16816, 4119
  • IISG, collectie Nederlandse deelnemers aan de Spaanse Burgeroorlog, 48
  • Oud-Spanjestrijders, Nederlanders die geen Nederlander zijn, Rik Vuurmans, Amsterdam, februari 1986 (doctoraalscriptie)
  • Archief Internationale Brigaden, Moskou, RGASPI F.545-Op.6-D.36-L.48
  • http://www.prinsesirenebrigade.nl/j.w.-deutekom.html
  • Ministerie van Defensie, Archief Persoonsdossiers
Auteur: 
Rik Vuurmans
Laatst gewijzigd: 
14-03-2019
Overige gegevens
Sekse: 
man
Beroep: 
Metaalbewerker
Adres: 
Korthuizerstraat 61
Woonplaats: 
Delft
Datum vertrek Nederland/aankomst Spanje: 
01-02-1938
Vader: 
Johannes Deutekom
Moeder: 
Jansje Fiolet